Als landschapsfotograaf besteed je veel aandacht aan de compositie en natuurlijk wil je dat je foto zo scherp mogelijk is. Of moet ik zeggen: acceptabel scherp?
Scherpte helpt om diepte te geven aan je landschapsfoto. Vooral voor grotere afdrukken heb je een kritische scherpte nodig.
In deze blog geef ik je niet minder dan 14-handige tips om scherpere landschapsfoto’s te krijgen. Ik hoop dat je er veel plezier aan beleeft.
Tip# 1. Gebruik een statief
1) De keuze van een statief
Het meest voor de hand liggende en gemakkelijkste wat je kunt doen om stabiliteit en scherpte toe te voegen, is een statief gebruiken. Veel amateurfotografen klagen over het gewicht om een statief mee te nemen. Maar spijtig genoeg is er niets anders dan een goed camerastatief zal u helpen om consistent scherpe landschappen te verkrijgen.
In uw leven als fotograaf zult u waarschijnlijk verschillende soorten statieven moeten kopen voordat u de juiste vindt. Velen beginnen met een goedkopere versie omwille van budgetbeperkingen, maar al snel kom je tot de ontdekking dat die je niet altijd de gewenste stabiliteit bieden. Je zult een keuze moeten maken op basis van budget, gewicht, en maximale en minimale hoogte. Zoveel factoren om rekening mee te houden. Als je van macrofotografie houdt, kies je best eentje waarmee je zo dicht mogelijk bij de grond kunt komen. Als je in de bergen trekt, vind je de lichtere carbonversies misschien prettiger. Als je graag in harde winderige omstandigheden werkt, dan heb je een stevig paar benen nodig. Als je veel in rivieren of aan de kust ronddwaalt, moeten ze bovendien waterbestendig zijn enz….
Er zijn veel merken in omloop die goede en degelijke kwaliteit bieden en ze bieden een ruime keuze aan uitvoeringen.
Voor mijn eigen werk gebruik ik een stevig carbon en waterdicht Sirui statief. Maar er zijn gelegenheden dat ik licht wil reizen. Dan gebruik ik een kleiner en lichter reisstatief dat in mijn koffer of rugzak past.
2) Op pad met het statief
Zorg ervoor dat alles goed is vastgedraaid of vastgezet, zodat de poten vastzitten en dat het hoofd niet is losgekomen. Tijdens het rondlopen gebeurt het wel vaker dat de kop iets los komt te zitten en dat is natuurlijk niet goed voor de stabiliteit.
Wind kan je camera destabiliseren, vooral als je een lange lens gebruikt of een filtersysteem hebt met filters die aan de voorkant van de lens zijn bevestigd. Ik heb dit al eens meegemaakt toen een windvlaag mijn statief deed omkantelen en de camera op een rots in de Schotse Hooglanden stuk sloeg. Probeer het statief zoveel mogelijk te stabiliseren door de poten ver genoeg uit te spreiden en ze stevig in de grond te drukken (als de grond zacht is) of hang een zware tas aan de middenzuil. Sommige statieven hebben een haak onderaan de middenkolom. Dit extra gewicht maakt het statief nog stabieler. Maar zorg ervoor dat je je tas niet zomaar vrij in de wind laat slingeren, want dat vergroot alleen maar de kans op onscherpe beelden. Ook het slingeren van camerariemen in de wind kan hetzelfde effect hebben. Het beste is om de camerariem te verwijderen. Als je op een strand bent, zorg er dan voor dat je het statief iets verder in het zand drukt, zodat het niet wegzakt wanneer je de foto neemt.
Als je op een houten pier of brug staat, zorg er dan voor dat je er niet op rondloopt terwijl je de foto neemt, want dit zal de camera een beetje doen trillen.
Soms zie je mensen hun statief vasthouden tijdens het fotograferen. Dit is vaak een teken dat het statief niet stevig genoeg is en dat men bang is dat het omwaait. Het vasthouden van het statief kan ook kleine trillingen veroorzaken. Elke trilling zal resulteren in een enigszins onscherpe foto, dus raak het statief bij voorkeur niet aan tijdens het fotograferen.
Tip# 2. Als je toch uit de hand wil fotograferen
Als je geen statief tot je beschikking hebt is het is gewoon een kwestie van de camera zo stil mogelijk te houden. Probeer een geïmproviseerd statief te vinden. We zijn omringd door voorwerpen die perfecte natuurlijke statieven kunnen vormen. Laat je camera rusten op een muur of een paal. Jezelf schrap zetten tegen een muur of een andere solide structuur helpt ook om je lichaam in evenwicht te houden terwijl je uit de hand fotografeert.
Er zijn een paar trucs om ervoor te zorgen dat u scherpe beelden optimaliseert en de eerste is om een goede stevige greep op de camera te hebben. Pak de camera vast met één hand op de lens en een andere op de handgreep en houd de camera zo dicht mogelijk bij je lichaam. Persoonlijk geef ik er de voorkeur aan de camera op ooghoogte te houden en door de zoeker te kijken. Op die manier kan de camera op mijn gezicht rusten en dat helpt om de camera zo stabiel mogelijk te houden.
Gebruik je ademhaling in je voordeel. Dus, als je uitademt, wacht je even en maak je de opname en adem je daarna weer in. In plaats van gewoon weg te schieten terwijl je inademt. Maak de opname wanneer er geen trillingen zijn, en dan zit je goed. Je moet er natuurlijk ook voor zorgen dat je de optie beeldstabilisatie weer aanzet, wanneer je de camera uit de hand gebruikt, nadat je die hebt uitgezet bij gebruik van een statief.
Tip# 3. Zet de beeldstabilisatie uit
De stabilisatie op uw lens kan wonderen doen voor opnamen uit de hand. Maar het is beter de optische beeldstabilisatie uit te schakelen wanneer uw camera stevig op een statief is bevestigd. Je apparatuur zal proberen bewegingen te stabiliseren die er niet zijn en dit kan de beeldkwaliteit verzwakken.
Ik heb het een paar keer meegemaakt dat je in winderige omstandigheden, wanneer zelfs een stevig statief niet voldoende is om de camera niet te laten trillen, de beeldstabilisatie toch weer kunt inschakelen. Maar dat is iets wat je zelf op locatie moet uitzoeken en beslissen. In dergelijke omstandigheden is het misschien beter om te stoppen met fotograferen en bij een andere gelegenheid terug te komen.
Tip# 4. Kies een kleiner diafragma
Je hebt een grote scherptediepte nodig als je in je landschapsfoto’s scherpte van voor tot achter wilt hebben. Natuurlijk beïnvloeden de brandpuntsafstand, de afstand tussen de camera en het onderwerp en het scherpstelpunt samen de waargenomen scherptediepte, maar het diafragma is de belangrijkste controlemethode. Scherptediepte (DOF) verwijst naar de zone van aanvaardbare scherpte voor en achter het scherpstelpunt. Met kleinere diafragma’s krijgt u een grotere scherptediepte dan met grote diafragma’s.
Het diafragma wordt gemeten in F-stops en dat kan een beetje lastig te begrijpen zijn, want als je het getal van de F-stops verhoogt, maak je het diafragma kleiner. Dat klinkt misschien een beetje contra-intuïtief. Er zit echter wel enige logica achter, want je F-stopnummer is eigenlijk een breuk. Dus, als je F 4 hebt, is het eigenlijk 1/4. En als je F 8 hebt, is het 1/8. Uiteraard is 1/8 minder dan 1/4, dus daarom wordt je diafragma eigenlijk kleiner, als je het getal verhoogt.
Wees je ervan bewust dat de grootte van je sensor een rol speelt. Crop camera’s en alles wat kleiner is dan een full-frame lens hebben de neiging om het scherpste punt van hun native lenzen, op een iets lagere, F-stop waarde te hebben. Dus, laten we zeggen, F 6 in vergelijking met een F 8 op full-frame.
Vanwege het effect van diffractie is de optie van het kleinste diafragma van F 22 of F 32 niet de beste keuze. De reden hiervoor is dat, wanneer licht door het diafragma valt, dit licht de randen van de diafragmalamellen raakt en diffracteert of verstrooit, wat de beeldkwaliteit beïnvloedt. Diffractie heeft de neiging om je foto’s meer spookachtig of meer zacht te maken.
Zoals in eerdere blogs is uitgelegd, is een goed uitgangspunt een diafragma uit het middengebied in de buurt van F 11, maar sommige lenzen presteren het best bij ongeveer F 8. Je moet hiermee experimenteren voor je specifieke lens, om de zogenaamde “sweet spot” te vinden waar je lens op zijn scherpst presteert.
Tip# 5. Gebruik de hyperfocale afstand
Laat u niet afschrikken door de terminologie. Een lens kan slechts op een bepaalde afstand precies op één verticaal vlak scherpstellen en de scherpte neemt geleidelijk af aan weerszijden van deze afstand.
Uit ervaring weten we dat de scherptediepte zich een derde vóór dit punt uitstrekt en twee derde erachter. Dat betekent dat, als je te dichtbij of te ver weg scherpstelt, je een deel van de beschikbare scherptediepte zult verliezen.
De hype focale afstand is het punt waarop je scherpstelt om de scherptediepte te maximaliseren. Wanneer je scherpstelt op de hyper focale afstand, krijg je het grootst mogelijke deel van de scène scherp. – Als je de hype focale afstand gebruikt, maak je alles vanaf de helft van de hyper focale afstand tot oneindig aanvaardbaar scherp.
We moeten begrijpen dat er voor elke combinatie van brandpuntsafstand en diafragma één afstand is die de scherptediepte maximaliseert en dat is de zogenaamde “hyperfocale afstand”. Als je op dit punt scherpstelt, profiteer je dus van de volle omvang van de scherptediepte. Klinkt dat ingewikkeld? Gelukkig voor ons zijn bestaan er hyper focale grafieken en ook heel handige apps voor verschillende sensorafmetingen. Deze grafieken of apps helpen je dit optimale punt te berekenen. Een van die apps is Photopills, maar er zijn meer apps verkrijgbaar in de Apple Store. Voer gewoon de gekozen brandpuntsafstand en het diafragma in en de app berekent de afstand waarop je moet scherpstellen en toont ook de nabije en verre grenzen.
Stel nu dat u in het veld bent zonder zo’n kaart of App. In dat geval is het altijd een veilige keuze om scherp te stellen op ruwweg een derde in de verte. In de praktijk zul je echter vaak meer scherpte op de voorgrond willen. Bij landschapsfotografie hebben we vaak te maken met objecten of inleidende lijnen op de voorgrond die we scherp willen hebben. Daarom zul je in je foto vaak de nadruk leggen op het hoofdonderwerp en/of de voorgrond.
Tip# 6. Stel scherp via Live View
Onder normale omstandigheden bij landschapsfotografie en met de verfijning van moderne autofocussystemen werkt de zoeker perfect. Maar bij onderwerpen die een nauwkeurige scherpstelling vereisen, zoals bij macrofotografie of architectuurfotografie, is scherpstelling via de Live view in combinatie met handmatige scherpstelling de beste oplossing. Gebruik indien nodig de vergrootknop, controleer of je scherm en pas de scherpte van je foto aan. Scroll door de scène, van voor naar achter.
Als de weerkaatsing van licht op het Live View scherm het moeilijk maakt om te zien, kun je proberen een loep te gebruiken die op het Live View scherm past
Tip# 7. Haal die vinger van de sluiterknop
Het gebruik van een statief is slechts de eerste stap voor trillingvrije resultaten. Het indrukken van de sluiter kan een kleine trilling veroorzaken en zo de beeldkwaliteit verzwakken.
Moet je veel geld uitgeven aan triggers op afstand? Wel, dat hangt af van wat u wilt doen en hoe vaak u het zult gebruiken. Maar uw camera is al uitgerust met een perfecte oplossing. Kies de optie vertraging of zelfontspanner van uw camera om een korte vertraging van een paar seconden in te stellen. Op die manier sluit u elk risico uit dat u beweging veroorzaakt bij het nemen van foto’s. Dit zorgt ervoor dat wanneer u op de sluiter drukt, u uw hand kunt weghalen en ervoor kunt zorgen dat de camera helemaal stil staat wanneer hij zelf de opname maakt.
Het gebruik van een afstandsontspanner is ook een goede oplossing. Deze afstandsbediening wordt via een kabel of via infrarood op de camera aangesloten om de sluiter te ontspannen. Voor sommige camera’s kunt u specifieke apps gebruiken om de camera vanaf uw telefoon te laten afgaan. Er zijn eenvoudige en goedkope oplossingen beschikbaar, maar ook geavanceerde en duurdere versies met ingebouwde timers voor lange belichtingen en oplossingen voor time laps enz.
Tip# 8. Spiegel opklappen
Als u een spiegelloze camera gebruikt of als u foto’s maakt met Live View geactiveerd, kunt u dit gedeelte overslaan. Als u echter een digitale spiegelreflexcamera met zoeker gebruikt, lees dan verder.
Wanneer u een foto maakt, kunt u duidelijk de interne spiegel horen op en neer bewegen om het licht door te laten naar de naar de sensor net voordat u de sluiter opent. Deze actie kan kleine bewegingen veroorzaken met gevolgen voor de beeldscherpte. U kunt dit voorkomen door de spiegel opklapfunctie (Mirror Lock up (MUP)) van uw camera te selecteren (raadpleeg uw handleiding). Sommige instapmodellen hebben deze mogelijkheid niet. Als de spiegelvergrendeling is ingeschakeld, moet u twee keer drukken om een foto te maken. De eerste druk vergrendelt de spiegel, terwijl de tweede druk daadwerkelijk de foto neemt. Pauzeer een kort moment tussen het vergrendelen van de spiegel en het nemen van de foto om eventuele interne trillingen te laten stoppen. Als de spiegel zich in de vergrendelde stand bevindt, kunt u de scène niet meer door de zoeker bekijken. Het gebruik van spiegelvergrendeling is een handige methode om de kritische scherpte echt te maximaliseren.
Tip# 9.Gebruik goede lenzen en hou je uitrusting schoon
Lenzen van goede kwaliteit kunnen een verschil maken voor de scherpte van je foto’s, en duurdere lenzen zijn over het algemeen scherper dan goedkope lenzen. Het komt allemaal neer op het ontwerp van de lens, de kwaliteit van het glas en hoeveel glas er in de lens zit. Dat is ook de reden waarom prime lenzen over het algemeen scherper zijn, simpelweg omdat er minder glas in zit.
IAls je een professionele prime lens vergelijkt met een professionele zoomlens, kun je een verschil in scherpte op pixelniveau waarnemen. Zoomlenzen zijn een prachtige uitvinding en gemakkelijk te gebruiken, en ze besparen je gewicht omdat je minder lenzen nodig hebt. Er is echter ook slecht nieuws, want zoomlenzen werken zelden op hun scherpst aan de uiterste uiteinden van hun zoombereik. Misschien wilt u uw apparatuur testen, maar u zult waarschijnlijk merken dat elke zoomlens scherper is in het midden van zijn zoombereik en niet noodzakelijkerwijs bij zijn breedste of langste brandpuntsafstand. Dus nogmaals, u zult een compromis moeten sluiten tussen het gebruiksgemak, het gewicht enerzijds en de superkwaliteit anderzijds. Maar in veel gevallen zal het negatieve effect niet zo groot zijn en misschien zelfs onopgemerkt blijven als u een zoomlens van professionele kwaliteit hebt. Als u echter een professionele zoomlens vergelijkt met een zoomlens van instapniveau, ziet u meestal een behoorlijk verschil.
Tip# 10. Neem de filter af als die niet nodig is
Filters voor uw lens, kunnen de scherpte van uw lens verminderen. Haal ze er dus af als ze niet echt nodig zijn, om de helderheid te verbeteren. Als u ze nodig hebt, zorg er dan wel voor dat ze schoon zijn, want ze kunnen gemakkelijk regendruppels en stof opvangen. Houd daarom een doekje bij de hand om ze af te vegen.
Voor het gebruik van filters zie ook deze artikels:
- Handige tips voor het gebruik van filters bij landschapsfotografie (deel 1)
- Handige tips voor het gebruik van filters bij landschapsfotografie (deel 2)
- Handige tips voor het gebruik van filters bij landschapsfotografie (deel 3)
Tip# 11. verhoog je sluitersnelheid
Wanneer je op een statief werkt is de sluitertijd minder zo belangrijk, maar als je uit de hand fotografeert wordt hij weer belangrijk, vooral als er minder natuurlijk licht is zoals bijvoorbeeld in de schaduw van een bos. Een kortere sluitertijd is minder gevoelig voor beweging, dus verhoog hem zo ver als je kunt. Je hebt waarschijnlijk de vraag: “Hoe ver moet ik de sluitertijd verhogen?”
Er is een gemakkelijke vuistregel die zegt dat je een sluitertijd van minstens “1/focale lengte” moet gebruiken. Dus, voor een 100mm lens, zou je een snelheid van 1/100 van een seconde of sneller willen gebruiken.
Als je de sluitersnelheid verhoogt, zal de hoeveelheid licht die binnenkomt afnemen, zodat je ofwel je diafragma kunt openen of de ISO kunt verhogen. Vanwege de gewenste scherptediepte zou je beperkt kunnen zijn in het veranderen van je diafragma en dan kan alleen de ISO worden verhoogd.
Tip# 12. Scherpstellen bij weinig licht
In situaties met weinig licht kan het moeilijk zijn om scherp te stellen. Dit gebeurt vaak voor zonsopgang en na zonsondergang en in bossen onder het bladerdek. De autofocus van de camera kan er lang over doen om te zoeken en vervolgens niet scherpstellen omdat het gewoon te donker is. Hetzelfde kan overdag gebeuren als je met filters werkt of als het zwaarbewolkt of schaduwrijk is en je met een klein diafragma werkt. Vergeet niet dat dit ook het geval is als er bijna geen contrast in de scène is zoals bij water, lucht of sneeuw. De autofocus werkt dan niet goed. Er zijn een paar mogelijke oplossingen voor dit probleem:
- Werk op live view. Op sommige camera’s werkt de autofocus nog goed bij weinig licht als je op live view werkt.
- Open het diafragma tot de grootste marge. Er zal meer licht op de sensor vallen en de autofocusmodule zal beter werken. Zet na het scherpstellen het objectief of de camera op handmatig zodat de scherpstelling niet opnieuw verandert. Vergeet vooral niet het diafragma weer op de gewenste waarde in te stellen.
- Verwijder de filters. Als u werkt met filters zoals de “big of super stopper”, is er geen andere optie dan de filters tijdelijk te verwijderen. Hoogstwaarschijnlijk zult u dan wel kunnen scherpstellen. Herhaal dan wat we net bij de vorige optie hebben beschreven. Vergeet niet, voordat je de filters verwijdert, te controleren welke brandpuntsafstand je hebt gekozen. Als u de filters terugplaatst, kunnen de instellingen veranderen.
- Als niets van het bovenstaande werkt, stel dan handmatig scherp. Als u door de zoeker kijkt, zorg er dan voor dat het oculair goed is afgesteld.
Tip# 13. In de lucht?
We fotograferen niet in vacuümomstandigheden. Hoe verder het onderwerp van de camera verwijderd is, hoe meer afstand het licht door de lucht moet afleggen om tot bij de lens en de sensor te komen. Nevel, rook, mist, smog, hitte, turbulentie en meer kunnen verhinderen dat je een scherp beeld krijgt van een object in de verte. Ga dichterbij als je kunt. Of wacht op andere omstandigheden.
Tip# 14. Verscherpen van foto’s in de nabewerking
Als foto’s wazig zijn, zijn ze meestal onbruikbaar. Natuurlijk, sommige foto’s zijn opzettelijk onscherp voor het effect (opzettelijke camerabeweging). Maar over het algemeen kan scherpte een foto maken of breken.
Zelfs foto’s die met de grootste zorg zijn genomen en waarbij de trillingen tijdens het fotograferen tot een minimum zijn beperkt, kunnen nog steeds baat hebben bij een beetje verscherping in een programma zoals Photoshop of Lightroom.
Er zijn zeer goede verscherpingsprogramma’s als zelfstandige (stand-alone) software of plug-in versies zoals Topaz Sharpen AI ®beschikbaar die werken op basis van de nieuwste AI-technologie.
Natuurlijk kan een volledig onscherpe foto nooit meer worden hersteld tot een volledig scherpe foto. Er is maar zo veel dat je kunt doen in de nabewerking.
Het concept van focus stacking, (het combineren van foto’s in fotoshop met verschillende brandpunten) zal in later een aparte blog worden behandeld.
Besluiten
Scherpstellen blijft de grootste uitdaging bij landschapsfotografie, maar het is niet onmogelijk om haarscherpe foto’s te maken, maar wel om zoveel mogelijk “kleine dingen” bij te stellen. Elk maakt misschien maar een klein verschil, maar het cumulatieve effect zal resulteren in scherpere foto’s. Soms moet je tot het uiterste gaan en dat is net het leuke van landschapsfotografie; “weten wat je doet en ervan leren”. Na een tijdje zul je merken dat je er niet meer over hoeft na te denken, tenzij je uit de hand gaat fotograferen.
Zoals altijd stel ik het zeer op prijs dat je deze blog leest. Als je vragen hebt, laat ze dan zeker achter in het commentaarveld hieronder en ik garandeer je dat ik contact met je zal opnemen.
Laat een reactie achter